Taal

Taal thema Mysteries les 1

analyseren
angstaanjagend
denkbeeldig
het fenomeen
kansloos
de kolos
luguber
het mensenwerk
navigeren
onheilspellend
ontrafelen
onvoorstelbaar
de ooggetuige
het ritueel
sinister
de speculatie
de theorie
verklaren
vervaardigen
willekeurig

les 5
van de aardbodem verdwijnen
bedotten
de chaos
fascinerend
de fictie
huiveren
de illusie
de indicatie
kidnappen
legendarisch
het lot
zich ophouden
de sprong wagen
om de tuin leiden
verbijsterend
vermoedelijk
verzinken
verzwelgen
het waanidee
het wezen


Verdeel de zin in zinsdelen. Elk zinsdeel kan voor de persoonsvorm worden gezet.

P.V. Persoonsvorm	·       Zin vragend maken ·       Tijd veranderen
O. Onderwerp	·       Wie/wat + p.v.? ·       Verander de pv van getal (mv/ev), dat wat mee verander is het onderwerp.
ww.gez of nw.gez	Alle werkwoorden van de zin. Koppelwerkwoord + naamwoorden
L.V. Lijdend voorwerp	Wie/wat + gez. + o.?
M.V. Meewerkend voorwerp	Aan of Voor wie/wat + gez. + o.